En langs het tuinpad van mijn vader (in memoriam)

Mijn schoenen verdwijnen in het tapijt als ik door de huiskamer naar jouw kantoor loop. De zware lucht van teveel bloemen slaat op mijn gemoed. Ik dacht dat je allang weg was, maar daar lig je weer pap. Bleek als was, maar zo herkenbaar. Veel mooier dan ik me je herinner. Je had er niet zo uit mogen zien na zo’n zware strijd. Jouw lijden, het onrecht, de pijn, jouw eenzaamheid, jouw onafgemaakte werk, dat had ik hier willen zien. Die aanklacht had op jouw gezicht moeten staan. Voor iedereen te zien, eindelijk. Lees verder

Een Zeeuws Toetje (in memoriam)

Ik blijf expres lang zitten. “Poep je niet, dan rust je toch”.

Ik hoor het mijn broers nog zeggen. Humor uit de bouw. Iedereen lacht behalve de man waar het over gaat. Zo verwelkom je een collega bouwvakker op de steiger, als hij even zijn snor lijkt te drukken. Op de steiger heerste dezelfde cynische humor die wij als broers en zussen met elkaar uitwisselden. Ook thuis lachte het doelwit van de grap nooit tenzij hij of zij met een meesterlijke tegenzet de lachers van je weg kaapte.   Lees verder

De Koning is dood, leve de Koning

“Na mijn vader ben ik de enige echte directeur in dit gezin”. De woorden ontglipten me nog voordat ik me van de gedachte bewust was. Drie van mijn vier broers volgden mijn vader op in het door hem opgerichte familiebedrijf. De jongste van de drie begraaft vandaag zijn vrouw en het familiebedrijf is verkocht.

Lees verder